Het groen aan bomen is nog pril,
de nachten zijn nog vaak wat kil,
maar dat de zon flink schijnen wil,
is de genade van de maand april.
Dat schijnsel licht ook op in onze geest,
nu we al vaker samen zijn geweest
in de vier maanden die het jaar pas telt,
een jaar dat nog niet wordt gekweld
door avondklok en dat soort zaken.
Om nog meer in de stemming te geraken,
dient de factor keer op keer
een verse maandzang uit te braken,
zodat we als gezellen telkens weer
door rederijkersverzen aangedreven,
onbekommerd samenzijn beleven
op het niveau dat ooit is aangegeven
door Kamers waar gezellen met allure
de mooiste rijmsels konden weven,
al bleef het altijd genereus en amicaal,
desnoods tot in de late uren.
- Misschien heb ik te hoog gegrepen,
en overschat ik nu de invloed van de taal,
maar toch zie ik als dichterlijke taak
richting te geven aan ons redelijk vermaak.
Zoals het water stuwkracht krijgt
als het door nauwe kaden wordt geleid,
zo bieden strofenbouw en ook metriek
de verzen levenskracht en dynamiek.
Zo geve ook de maandzang aan het publiek
de drive die onze avonden doet swingen.
Helaas, zoals met zoveel dingen,
klinkt dit wel als een prachtig ideaal,
maar onwaarschijnlijk toch dat ik dit haal,
want om een maandzang zo te laten zingen
geen factor die dit voor elkaar kan krijgen.
Maar ook al lukt het soms maar even,
we moeten naar het hoogste streven.
Dat te mogen pogen is voor mij een eer
en verder rest mij niets dan zwijgen:
er komt geen ene versvoet meer.
factor Herman